![]() |
| Foto: belkerken.nl |
‘Bach hoort hier thuis; van de eerste noot tot de laatste’.
Mooier kon pastoor Jan Vriend van de St. Jansbasiliek het niet verwoorden. Voor
de tweede keer organiseerde Stichting Laren Muziek op perfecte wijze een prachtig
concert met werk van Johann Sebastian Bach, ditmaal zijn Weihnachtsoratorium. Het
bekende Combattimento Consort Amsterdam onder leiding van Jan Willem de Vriend en
kamerkoor Cappella Amsterdam werden bereid gevonden de kersttijd in Laren
feestelijk in te luiden.
Het Weihnachtsoratorium, waarin de geboorte van Christus
wordt verklankt, bestaat uit zes delen, ook wel cantates genoemd. Bach schreef
ze voor de periode van Kerst 1734 en Driekoningen 1735. Oorspronkelijk werd er
per week één cantate van de zes uitgevoerd. De componist ging in zijn tijd
efficiënt te werk want een derde van dit kerstoratorium is gebaseerd op melodie
uit eerder geschreven wereldlijke cantates.
Dit werk ligt dirigent De Vriend goed. Vol ongebreideld
enthousiasme loodst hij koor en orkest vlot door de moeilijke partituur. Soms
een beetje te vlot. In het openingskoor ‘Jauchzet frohlocket’ leek het ensemble
daardoor moeite te hebben, zich tot een eenheid te vormen. Voor de Oostenrijkse
tenor Bernhard Berchtold leverde dit geen problemen op. Met zijn zuivere stem
bracht hij gepast dramatisch de beschouwende recitatieven en de virtuoze aria’s
ter gehore. De overbekende altaria ‘Bereite dich Zion’ werd door Cécile van de
Sant een beetje zacht gezongen, maar wel met een uiterst fraaie klank. De
baspartij nam de Duitse bariton Panajotis
Iconomou voor zijn rekening. Met zijn lichte timbre worstelde hij soms met het
volume van het orkest en de tempi.
Het vlotte tempo klonk in het melancholische Sinfonia met de
althobo die in dialoog met de zangstem de boventoon voert juist prachtig. En dan de altaria ‘Schlafe, mein Liebster’ waarin universele liefde voor een kind wordt
uitgesproken. Van de Sant communiceerde goed met het orkest (vooral de
fluitpartij), maar het overtuigde niet. Dat gebeurde later wel in Schliesse,
mein Herze’ met minimale begeleiding van viool en cello, waarin ze meer
expressie kon laten zien.
Na de lange pauze leek het alsof orkest en solisten beter waren ingespeeld. Sopraan Judith van Wanrooij bijvoorbeeld schitterde in haar echoaria ‘Flösst, mein Heiland’. Wanrooij’s krachtige stem vloeide ook moeiteloos samen met die van Iconomou. Bovendien ontroerde het jubelende koor in ‘Ehre sei dir, Gott!’. De Vriend kon de eenheid goed vasthouden en het was een feest om de solisten horen uitblinken in de laatste delen. Een minpuntje echter waren de Bachtrompetten (trompetten zonder ventielen) in de koorwerken; wat klonken die rommelig. Desalniettemin gaf het Larense publiek na afloop een langdurig en verdiend applaus.
Na de lange pauze leek het alsof orkest en solisten beter waren ingespeeld. Sopraan Judith van Wanrooij bijvoorbeeld schitterde in haar echoaria ‘Flösst, mein Heiland’. Wanrooij’s krachtige stem vloeide ook moeiteloos samen met die van Iconomou. Bovendien ontroerde het jubelende koor in ‘Ehre sei dir, Gott!’. De Vriend kon de eenheid goed vasthouden en het was een feest om de solisten horen uitblinken in de laatste delen. Een minpuntje echter waren de Bachtrompetten (trompetten zonder ventielen) in de koorwerken; wat klonken die rommelig. Desalniettemin gaf het Larense publiek na afloop een langdurig en verdiend applaus.
Weihnachtsoratorium van Johann Sebastian Bach uitgevoerd
door het Combattimento Consort Amsterdam o.l.v. Jan Willem de Vriend en het
kamerkoor Cappella Amsterdam
Solisten: Judith van Wanrooij (sopraan), Cécile van de Sant
(alt), Bernhard Berchtold (tenor), en Panajotis Iconomou (bas) Organisatie: Stichting Laren Klassiek Bijgewoond: zondagmiddag 9 december

Geen opmerkingen:
Een reactie posten