Symbiose Viersen en Paviljoen De Waterlely

Foto: Marco Borggreve

Akoestiek en accommodatie dragen altijd bij aan het succes van een muzikale uitvoering. Het gebeurt echter zelden dat een locatie even belangrijk is als het concert. In dit geval van kunstzinnig symbiose gaat het over Paviljoen De Waterlely in Natuurpark Lelystad en een celloconcert van de bekende celliste Quirine Viersen. De Waterlely – natuurlijk aan het water - is rondgebouwd en tijdens een concert heb je via een grote glazen wand uitzicht op een idyllisch landschap. In deze helderverlichte zaal speelde Quirine Viersen twee suites van Johann Sebastian Bach en een celloconcert van de hedendaagse componist Gaspar Cassadó. Een kort programma maar krachtig en hartstochtelijk gespeeld.

Quirine Viersen (1972) die een groot internationaal muziekpersoonlijkheid is, zat daar op Hemelvaartdag zomaar met op de achtergrond zachtjes wuivend riet en kwakende eenden. Als eerste speelde ze Suite nr.4 van Johann Sebastian Bach, een van zijn cellomonologen. Deze werken zijn moeilijk speelbaar omdat ze veel virtuoze bekwaamheid vragen van de cellist. Bach heeft er in 1720 zes gemaakt en allen zijn afgeleid van de Franse en Italiaanse dansen die toen modern waren. Viersen onderscheidt zich van haar collega’s door haar krachtvolle en intense manier van spelen. Vol overgave en passie betrok ze je in de prelude van haar dansspel op de cello. Haar cello, een Joseph Guarnerius Filius Andrea uit 1715 vormde bij haar een tweede lichaam waarbij ze ons schaamteloos haar diepe klanken toonde. Het maakte de statige langzame Sarabande minder licht dan je zou verwachten. Het ene laatste deel (Bourrée) dat iets weg heeft van een vrolijk volksdansje speelde ze daarentegen weer losser en minder hoekig.
Daarop volgde de Suite voor cello solo van Gaspar Cassadó (1897-1966). De composities van Cassadó, een leerling van de beroemde cellist Pablo Cassals, zijn een mengeling van serieuze en lichte muziek. Viersen liet die mix van uitersten direct horen in het Preludio Fantasia. Eerst was het legato in een melodische lijn en dan weer onrustig met schokkende klanken. In het middendeel (Danza) werd een Zuid-Amerikaanse dans voorgesteld. Maar dacht je in een toegankelijke muziekdialoog te zitten dan zat je er naast, want het eindigde in ruwe dissonanten tonen, dat het gemêleerde publiek onrustig deed verzitten.
Als laatste speelde Viersen Bachs suite nr.2. Zo het concert af te sluiten was goed gekozen. Het gaf de hypergeconcentreerde celliste volop de kans om ook minder donkere tonen virtuoos te laten klinken. Gelijk een liefdesdans werd je in Courante en Sarabande gehypnotiseerd door pulserende noten. Op zo’n moment had Paviljoen Waterlely losgekoppeld moeten worden en als een echte waterplant je meevoeren in de schoonheid van Viersens muziek en de natuur.

Celloconcert met Quirine Viersen tijdens het Kamermuziekfestival Almere
In Paviljoen De Waterley in Natuurpark Lelystad
Met Suite nr.2 in d BWV 1008 en Suite nr.4 in Es BWV 1010 van Johann Sebastian Bach en Suite for cello solo van Gaspar Cassadó


Rudolf Hunnik

Eerder gepubliceerd in de Gooi- en Eemlander op 21 mei 2007


Geen opmerkingen:

Een reactie posten